De cijfers zijn alarmerend: sinds juli zijn meer dan vijfhonderd mensen omgekomen. Duizenden gezinnen hebben hun huizen zien wegspoelen door de overstromingen. Bovendien is meer dan 400.000 hectare landbouwgrond vernietigd en zijn naar schatting 70.000 stuks vee verdronken.
Het noodweer heeft ruim 1,7 miljoen mensen getroffen. Hoewel het regenseizoen ten einde is gekomen, staat de voedselzekerheid op het spel in een land waar bijna 3,5 miljoen mensen honger lijden. Ook in buurlanden van Tsjaad, zoals Nigeria, Niger en Kameroen, heeft het veel meer dan gewoonlijk geregend. De infrastructuur is ernstig beschadigd. Wegen en bruggen staan onder water, waardoor de toegang tot rampgebieden bijzonder moeilijk is voor hulpverleners. De situatie is vooral nijpend voor zwangere vrouwen, reden voor de autoriteiten om 248 vroedvrouwen in te zetten voor noodhulp.
In het rampgebied zijn medewerkers van Woord en Daad actief. Ook zij ondervinden veel problemen. Bij een bezoek afgelopen week vanuit de hoofdstad Ndjamena naar het stadje Lai, 400 kilometer naar het zuiden, meldden ze: “Het laatste stuk weg was één waterzee. We moesten overstappen op een ossenwagen.” In Lai bleek dat de oogst volledig verwoest was door het water. Woord en Daad wil een plan opstellen om de bevolking de komende maanden te helpen.
