Geef voor noodhulp in Libanon en Syrië

Vandaag zijn de Rijksbegroting en de Miljoenennota gepresenteerd. In de troonrede benoemde de koning dat Nederland ‘altijd een open blik heeft gehad naar de buitenwereld’. Echter wordt de rol van ontwikkelingssamenwerking als instrument binnen het brede buitenlandbeleid onvoldoende op waarde geschat.

Internationale lotsverbondenheid

Duidelijk is dat ontwikkelingssamenwerking het zwaar moet ontgelden. Het kabinet-Schoof kondigde in mei bij het verschijnen van het hoofdlijnenakkoord al aan dat er fors bezuinigd wordt op ontwikkelingssamenwerking: in 2025 wordt er 300 miljoen bezuinigd en vanaf 2027 structureel 2,4 miljard per jaar. Hier komt echter een forse bezuiniging bovenop, waarvoor geen basis is in het hoofdlijnenakkoord of regeerprogramma. In de begroting voor 2025 wordt namelijk gebroken met het principe waarbij het ontwikkelingsbudget automatisch meegroeit met de totale omvang van de economie. ‘Prisma-leden hechten aan instandhouding van dit principe omdat het een uitdrukking is van internationale lotsverbondenheid: als wij in Nederland het goed hebben, dan mogen we hiervan overvloedig delen met de naaste ver weg. Juist een welvarend land als Nederland zou pal moeten staan voor internationale solidariteit. Het minste dat de Kamer nu kan doen is voorkomen dat er verder bezuinigd wordt,’ aldus Haaije Feenstra, directeur van Prisma.’

De bezuinigingen van het kabinet komen ook in een tijd waarin de kosten voor eerstejaars asielopvang nog altijd een enorm beslag op het ontwikkelingsbudget leggen. Waar bezuinigingen van eerdere kabinetten enigszins werden opgevangen door een groeiend bruto nationaal inkomen (bni), dreigt deze demping voor 2025 weg te vallen. Daarbovenop zien we dat het ontwikkelingsbudget wordt gebruikt om bezuinigingen op het postennetwerk af te wenden. Als we specifiek naar de impact op noodhulp kijken, zien we dat dit budget in absolute zin – als gevolg van de gelijke verdeling van bezuinigingen – het hardste wordt geraakt. Vorig jaar werd nog besloten om bezuinigingen op noodhulp te ontzien, via een amendement in de Tweede Kamer. Deze lijn is door het kabinet niet doorgezet.

Feenstra: ‘We zien dat de noties van medemenselijkheid en naastenliefde steeds meer in het gedrang komen. Opnieuw worden mensen die lijden, in nood zijn of onrecht ervaren, geraakt door maatregelen van dit Kabinet. Ook in tijden van bezuinigingen weten Prismaleden zich gedragen door betrokken achterbannen.’

Giftenaftrek

Dat werd ook zichtbaar in de maatschappelijke verontwaardiging toen de versobering van de giftenaftrek werd aangekondigd. In de afgelopen maanden tekende een kleine vijftigduizend burgers de petitie ‘Red de giftenaftrek’. Deze oproep bleek niet aan dovemansoren gericht. Het kabinet draait – zo blijkt uit de Prinsjesdagstukken – de voorgenomen versobering van de giftenaftrek in de inkomstenbelasting grotendeels terug. Arnold van Willigen, financieel directeur van Woord en Daad reageert: ‘Giften zijn van onschatbare waarde voor Woord en Daad en onderstrepen de enorme betrokkenheid vanuit de samenleving bij ons werk. We zijn dankbaar dat de giftenaftrek voor particulieren behouden blijft, en doen een beroep op de Kamer om nu ook de versobering van de aftrek voor bedrijven terug te draaien.’

Onlosmakelijk verbonden

De energie die vrijkwam bij de lancering van de petitie over de giftenaftrek laat zien dat er grote maatschappelijke betrokkenheid is bij het werk van organisaties en kerken die actief zijn op het gebied van internationale armoedebestrijding. De Rijksoverheid zou meer kunnen doen om deze energie zichtbaar te maken, door burgerinitiatieven te verbinden met formele programma’s op het terrein van internationale samenwerking. Prisma verwelkomt dan ook het pleidooi van de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV) om brede coalities te smeden tussen overheden, maatschappelijke organisaties, bedrijfsleven en kennisinstellingen om zo duurzame ontwikkeling te stimuleren. Het voorstel van de AIV voor een speciaal ambassadeur die dergelijke initiatieven aanjaagt in combinatie met hernieuwde aandacht voor mondiaal burgerschap draagt wat ons betreft bij aan de zichtbaarheid en versterking van het draagvlak voor internationale samenwerking.

Gedeelde verantwoordelijkheid

Prisma en haar leden doen met het oog de kabinetsplannen een klemmend beroep op partijen met een ‘internationaal solidair hart’ om zich in de komende tijd blijvend in te zetten voor mensen in achtergestelde posities wereldwijd en de stem te vertolken van hen die nagenoeg niet worden gehoord. Primair vanuit de motivatie om recht en gerechtigheid na te streven. Maar ook omdat ontwikkelingssamenwerking een niet te onderschatten onderdeel betreft van het bredere buitenlandbeleid, waarin defensie, diplomatie, handel en internationale ontwikkeling hand in hand gaan. Nederland heeft in dit kader ieder instrument nodig om haar belangen internationaal te dienen en haar positie te kunnen innemen op het internationale toneel. En dat is een gedeeld belang en verantwoordelijkheid.

Hoop, lef en trots

Tot slot, het Kabinet-Schoof werkt vanuit de kernwoorden ‘hoop, lef en trots’. We hopen van harte dat men zal terugkomen op de opeenstapeling van bezuinigingen en ‘hoop’ biedt aan mensen elders die leven in uiterst kwetsbare omstandigheden, de ‘trots’ op maatschappelijke initiatieven gestalte geeft door deze als overheid te blijven steunen en ‘lef’ toont in het nemen van internationale verantwoordelijkheid.